Over oorlog en vrede

Een kort en krachtig verhaal over menselijkheid, leiderschap en hoop.


“Opa, waarom maken mensen oorlog?”

De oude man keek op. Hij legde zijn boek neer en keek het meisje aan.

“Omdat mensen bang zijn, lief kind.” zei hij. “Bang dat ze tekortkomen. Bang om niet gezien te worden. Bang dat een ander iets van ze afpakt. Of boos omdat die meer heeft dan zij.”

“Dus dan gaan ze vechten?”

“Soms wel,” knikte hij. “Dan zoeken mensen vriendjes op en vormen een leger. En proberen te nemen wat niet van hen is. Ze denken dat als ze de macht hebben over andere mensen, dat ze dan veilig zijn. Maar zo werkt het niet. Oorlog maakt meestal meer stuk dan het oplost. En het verdrietigste: vaak zijn het oude mensen met oude angsten, die jonge mensen een oorlog insturen.”

“Maar zijn mensen dan slecht?”

“Dat niet. De meeste mensen willen vrij en vredig samenleven. Ze kunnen heel goed samen werken, delen, lachen. Maar als het wantrouwen groeit en het verdriet zich opstapelt, dan vergeten ze dat soms. En dan kan er haat ontstaan.”

“Waarom haten mensen dan?”

“Omdat grote mensen vroeger klein waren. En soms was er niemand die echt naar hun verdriet luisterde. Dan wordt haten makkelijker dan helen. Ze maken van de ander een vijand, zodat ze hun eigen pijn niet hoeven voelen. En als wij niet oppassen, kiezen we leiders die sterk lijken, maar van binnen gebroken zijn. Leiders die niet de moed hebben om echt te luisteren en mensen weer bij elkaar te brengen.”

Het meisje keek naar de grond.

“Wat kunnen wij dan doen?”

“Kiezen voor vrede,” zei opa. “Niet later, maar nu. Door hoe je kijkt, hoe je praat en naar welke woorden je luistert. Vrede is niet zwak, maar dapper. Het vraagt lef om rustig voor jezelf op te komen. En kracht om niet altijd gelijk te willen hebben.”

“En als iemand ons aanvalt?”

“Dan mag je je verdedigen. Niet om de ander kapot te maken, maar om een grens te stellen. Sterke mensen vechten niet om te winnen, maar om daarna weer samen verder te kunnen leven.”

“Wie heeft er dan gelijk, opa? De Israëlieten of de Palestijnen?”

De oude man zuchtte. Niet omdat hij het niet wist, maar omdat het antwoord groot was.

“Lieverd, beide volken hebben pijn. En alle pijn verdient aandacht. Maar wie echt gelijk hebben, zijn de mensen die het geweld stoppen. Die blijven luisteren, ook als ze boos zijn. Die ruimte maken voor respect aan beide kanten. Er komt geen vrede als één partij wint.”

“Denk je dat we ooit zonder oorlog kunnen leven?”

“Ja,” zei opa. “Als we gaan zien dat we eigenlijk allemaal broer of zus zijn van elkaar. En dat er op aarde genoeg ruimte is voor iedereen. Dan is vrede mogelijk.”

Hij glimlachte, pakte zijn boek weer op en zei zacht:

“Vrede begint hier. In hoe jij kijkt, hoe jij leeft en hoe jij deelt. Dat lijkt klein. Maar het is alles.”


Bram Voncken, zomer 2025

Lees hier verder over waarom mensen oorlog voeren en hoe we de vrede kunnen bewaren.